Natal - Fortaleza
Door: webmaster
01 November 2006 | Brazilië, Fortaleza
November 2006
De laatste weken in Natal waren erg druk. We hebben flink wat boodschappen gedaan, om de boot te bevoorraden voor de komende maanden. Hier is alles te koop, goedkoop en beschikbaar, dus daar maken we dankbaar gebruik van. In Fortaleza weten we niet wat we aantreffen, en misschien is het daar wel erg duur vanwege het 5 sterren hotel met marina. Uiteraard weer flink wat geschilderd aan de boot. De boot had het flink te verduren gehad tijdens de oversteek. Er was zelfs een stuk verf van de romp afgeklapt. Niet zo raar eigenlijk, want we klapten af en toe erg hard op de golven. Verder zijn er allemaal blazen ontstaan op plaatsen waar we al hadden geschilderd. Eerst dacht ik aan een conflict tussen 1 en 2 - componenten verf, maar dit blijkt niet het geval te zijn. De blazen ontstaan waar de verflagen net onder het hout zitten. Hier loopt het water via capillaire werking heel langzaam in, totdat er een mooie blaas is ontstaan. Opvallend is dat het er onder (nog) niet roest. Ik haal de blazen open, en behandel ze maar weer een keer. Schuren, ontvetten, twee lagen primer, en twee lagen lak. Ik doe dit voor het ontbijt, anders is het alweer te warm. Een extra dimensie is het werken vanuit de rubberboot. Dit gaat op zich best, alleen liggen we op anker op een rivier, die zo hard stroomt dat het bijbootje niet altijd goed op z'n plek blijft liggen en af en toe krijg ik een verkoelende golf van een sleper...
Een andere bezigheid is drinkbaar water halen. Het water hier is niet erg gezond. Ik had er al last van, de eerste dagen in Brazilie, waarschijnlijk van de sla die met dit water was schoongemaakt, of van een ijsklontje in de caiparinha en raakte aan de diarree. Ik was al aardig wat kilo's afgevallen (5), maar hiermee viel ik nog even extra af. Er is water beschikbaar bij de yacht club dat speciaal gezuiverd wordt om het drinkbaar te maken. Elke dag vullen we onze elf drinkwater flessen een keer, en vullen hiermee onze drinkwater tanks. Zo kost alles zijn tijd en zijn we de dag weer door voordat we er erg in hebben. Nou ja, je merkt het erg goed hoor, want het wordt hier al donker om 17:30 uur!
De dag voor vertrek moeten we langs de instanties (douane en havenauthoriteiten) om uit te klaren. We kopen nog een paar kaarten van de braziliaanse noordkust. Jammer genoeg hebben de kaarten weinig detail, maar ja, je moet toch iets hebben naast digitale kaarten. De digitale kaarten zijn veel gedetaileerder, maar zijn wel
5 jaar oud. De papieren versies, zijn dan wel recenter, maar of deze nu zo goed worden bijgewerkt is met zo'n lange kust ook maar de vraag!
Op de dag van vertrek merken we dat we nog teveel te doen hebben om op tijd te vertrekken. Het blijkt namelijk dat de rubberboot is aangegroeid. De onderkant van de rubberboot is voorzien van een twee cm. dikke laag pokken, kalk, algen en weet ik wat allemaal, en het beweegt allemaal ook nog... en dat na een 4 weken in het water te hebben gelegen! Na een uurtje steken met een stuk hout, begint de zwarte bodem weer tevoorschijn te komen. 's Ochtends had ik eigenlijk al hetzelfde klusje met de ankerketting, deze was namelijk ook zwaar aangegroeid en twee keer zo dik geworden. De schakels waren niet eens meer zichtbaar! Deze had ik schoon gemaakt met een keiharde wc borstel. Dit hadden we gelezen in een boek van een stel dat naar de Carieb vaart vanuit Canada. Het werkt goed, maar het is wel tijdrovend omdat je schakel voor schakel moet doen en goed moet uitkijken dat je je niet snijd; en weer vanuit de rubberboot natuurlijk. Mijn rug kan het allemaal niet waarderen. We besluiten dus om die dag niet te vertrekken en genieten op het terras van de club, na deze toch weer intensieve acties.
De volgende dag gaan we dan eindelijk weg. Ik besluit het grootzeil te hijsen terwijl we nog vastzitten aan de mooring. Er zaten namelijk nog twee reven in van de oversteek. Daarna drijven we weg van de mooring, onze buurman -een Italiaan- zwaait ons uit en blaast nog op een toeter. Als we onder de brug door varen valt de wind weg en zet ik de motor in zijn voorruit. Er gebeurt niet veel en geef wat meer gas. We gaan voorruit, een knoopje of drie, soms vier en zo sukkelen we de haven uit. Ik begrijp niet zo goed wat er aan de hand is. We gaan op een gegeven moment 5 knopen, en zetten de genua. Het is windkracht 3 en moeten aan de wind van de kust weg varen tegen de golven op. De motor zetten we uit en we hebben zo'n 4 uur om de 50 meter dieptelijn te passeren voordat het donker wordt. Dit is belangrijk, want vanaf de kust tot aan die lijn zitten de vissers. We komen ze herhaaldelijk tegen, en botsen er bijna tegen een op.
Nog wel een zeilvisser, met zijn mast plat en op anker. Ik hoor iemand roepen, en haal snel het roer los van de windvaan en vaar langs de visser. Ze zwaaien vriendelijk naar ons; ze zijn dit blijkbaar gewend of zo!? Wij hebben ook onze vislijn in het water hangen en we vangen in korte tijd twee vissen. We passeren zoveel vissers dat we ons druk maken of dit wel stopt als we bij de 50 meter dieptelijn aankomen...
Ondertussen zien we een zeeschip gewoon tussen de vissers doorvaren. Als we tegen zonsondergang bij die diepte aankomen zijn er inderdaad minder vissers; maar nu zien we herhaaldelijk van die vis boeien met daaraan kreeftenkooien! Als het begint te schemeren zie ik ze nog steeds. In het donker zien we ze niet meer omdat ze niet verlicht zijn, wel zien we nog lichtjes van vissersboten. Af en toe komen ze op ons af en draaien dan weer in een keer weg. Voor hun doen wij dit waarschijnlijk ook, want de windvaan stuurinrichting slingert nogal, vanwege de golven en de oscilerende wind. Vanwege dat laatste steken we zelfs nog een reef. Karin gaat slapen en ik heb wacht. De wind blijft hoog inkomen, gelukkig zeilt de boot dan lekker, en schieten we goed op. Op een gegeven moment passeren we een aantal ondieptes en zijn er weer allemaal vissers. We zitten daar zeker 5 mijl vandaan, maar het lijkt net of ik er vlakbij zit!? Ik probeer zo hoog mogelijk te varen, en kom langzaam langs ze heen. Dan gebeurt er iets vreemds, nog meer lichten, en fel, zeker wel 15. Het lijken wel boeien, want ze liggen allemaal op dezelfde afstand. De lichten gaan af en toe gelijk op, maar vaak helmaal door elkaar. Als ze gelijk op gaan lijkt het zoals in Belgie op de snelweg als ze aan de weg bezig zijn, zo'n oplopende rij lichten. Op zee ziet dit er angstaanjagend uit en ik vaar er maar langs. Naast mij zit een zeeschip, die hetzelfde doet, dus zal het wel goed zitten. Op het uiterste noord-oost puntje van Brazilie passeren er aardig wat zeeschepen.
We steken de scheepvaart route over, naar dieper water, zodat we de maximale stroom mee krijgen, en we geen last meer hebben van de zeeschepen.De volgende dag zijn we flink afgevallen en varen uiteindelijk plat voor de wind. Ik plaats de Autohelm op de windvaan stuurinrichting. Ik zet de Autohelm aan, er klinkt een luid gepiep en het apparaat start niet op. Ik zet de windvaan weer zoals voorheen en haal het apparaat uit elkaar. Kan uiteraard niets vinden. Ik vervang het stekkertje nog, want dit was nogal gecorrodeerd, maar verder zag er alles goed uit. Ondertussen zijn we zeker 4 keer gegijpt en begin ik een beetje geirriteerd te raken. Het is ook zo warm, we slingeren alle kanten op, en ik word er ook nog zeeziek van. Ik heb al meerdere malen de windvaan bestudeerd, om hieraan iets te veranderen. Twee dingen gaan er eigenlijk fout 1) de vaan valt gewoon om als we te hard gaan en 2) de vaan is niet in balans. Aan het eerste kan je iets doen met een elastiekje, maar dat werkt niet lekker. Het tweede blijkt te maken te hebben met een moer die is los getrild, van de stang naar het pendelroer. Ik stel de moer opnieuw en het lijkt of de boot al minder slingert. Het elastiekje verplaats ik naar boven tussen het mechanisme, van de vaan zelf, waardoor de vaan niet meer zo omvalt. Zo vaart de boot aardig, en gaan best goed vooruit. We varen voor de wind met de genua uitgeboomd. Herhaaldelijk schuift de boom in, tijdens een rare golf. De boom is een uitschuifbare boom, die je heel mooi kan opbergen tegen de mast! Jammer dat dit inschuiven ook spontaan onder zeil gebeurt want dat betekent: genua inrollen, boom uit de schoot, boom weer uitschuiven, boom in schoot, genua weer uitrollen, en weer naar buiten draaien. Hier ga ik een vergrendeling voor maken, want dit kost energie, wat niet hoeft.
De volgende dag gijpen we om Fortaleza aan te lopen. De windvaan krijgen we niet goed ingesteld, terwijl deze het 1.5 dag goed heeft gedaan... Karin heeft wacht en moet dus zelf sturen. Dit is niet gemakkelijk met weinig wind, en ik besluit om toch nog eens naar de Autohelm te kijken. Het alarm duidt op overbelasting denk ik. Ik besluit om 12 V rechtstreeks op de motor te zetten, en deze werkt gewoon. Als ik alles weer in elkaar zet, en de autohelm aansluit werkt deze weer... Het motortje zat vast, dit gebeurt waarschijnlijk als de autohelm in de uiterste stand komt te staan. Ik sluit de autohelm aan op de windvaanstuurinrichting en koppel het roer eraan en alles werkt weer zoals voorheen. Gelukkig maar, want alles met hand sturen is geen pretje. We hebben nog een andere elektrische stuurautomaat, maar deze werkt niet goed.
Inmiddels zitten we weer op twintig meter diepte, nog geen land te bekennen! Er komen twee grote dolfijnen langszij die spelen met de golven. Niet met de boot, want die gaat veel te langzaam. We starten de motor, om nog in het licht in Fortaleza aan te komen. Fortaleza heeft namelijk een aantal wrakken en ondieptens voor de deur liggen. Niet dat we met de motor veel harder gaan, we halen net de 5 knopen, maar dat is net voldoende. Ik weet niet wat er onder de boot zit, maar remmen doet het goed. Als we Fortaleza naderen, halen we de zeilen eraf en sukkelen langs de ondieptes. Op de motor halen we 3 knopen, vermoedelijk zit er aangroei op de schroef. Meer of minder gas maakt niet uit, dus dan maar langszaam. Als we in het kommetje van de marina komen besluit ik om niet aan te leggen aan het steiger, maar gelijk te ankeren. Als we goed liggen ga ik gelijk het water in en constateer dat de schroef vol zit met pokken, en 1 cm dik is i.p.v. 2 mm! Dit verklaart een hoop. Met een plamuurmes steek ik eerst de romp schoon zodat ik zonder mezelf te snijden aan de pokken aan de schroef kan beginnen. Ik krijg de schroef een beetje schoon, en ga het water uit, want het is alweer donker. De volgende dag doe ik de rest. En we hadden nog wel best giftige antifouling gebruikt van Jotun. Dezelfde die de vissers in Portimao gebruiken; blijkbaar is de aangroei daar anders want hier lijkt het wel Pokon voor pokken!
Fortaleza
30 oktober - 12 november
We zijn alweer ruim een week in Fortaleza. De inklaaractiviteiten zijn achter de rug. Altijd goed voor een dag of twee, drie pret. Deze keer konden we de Policia Federal goed vinden (na 1 keer in de verkeerde bus te hebben gezeten), en die liet vervolgens iemand met ons meelopen over het haventerrein ( a la Rotterdam, maar dan wel een stuk kleiner) naar de douane. Daar ging ook alles goed, behalve dat we erg lang moesten wachten op een bepaald formulier dat niet voorradig was o.i.d. Tijdens het lange wachten kwamen we erachter dat de Policia Federal een paar formulieren van ons had achtergehouden (havenpapieren en immigratieformulieren van Natal). Die wilden we natuurlijk terug hebben; dus wij weer terug daarnaartoe. Bleek dat ze die altijd houden. Ze zaten al keurig netjes opgeborgen in een map achter het tabje Tanami. Alles gaat hier trouwens nog gewoon met pen en papier en heel soms met een computer extra erbij (het papier blijft dan gewoon). Vervolgens moet alles gekopieerd worden, maar die apparaten staan meestal erg ver weg. De communicatie verloopt allemaal in het Portugees. Geen enkele official/militair/havenautorite it spreekt Engels. Mijn Portugees is ook nog steeds niet goed te noemen. Dus je kunt je waarschijnlijk wel voorstellen dat het allemaal wat tijd kost. Als derde op rij moet je de Capitania dos Portos bezoeken; dat moet perse altijd in deze volgorde. Dat gebouw stond goed aangeven op onze kaart, en dat konden we dus vrij gemakkelijk vinden. Helaas bleek die slechts van 13.00 tot 16.00 uur geopend te zijn; dat ontdek je dan als het net 10 over 4 is. Oke, volgende dag beter. Wij weer terug naar datzelfde gebouw; werd ons daar verteld dat we ergens anders moesten zijn. Joseph dreigde helemaal over de rooie te gaan en dat is echt niet verstandig bij die militairen, want dan nemen ze gewoon een versnelling terug en sturen ze je de verkeerde kant op. Gelukkig bleken we een aardig militairtje (klein van stuk, niet denigrerend bedoeld) getroffen te hebben die ons gewoon in zijn auto inlaadde en ons naar de juist plek reed. Bleek daar ook nog een Capitania dos Portos te zitten. Daar ging het gelukkig snel; omdat het alweer tegen vieren liep gooiden ze de versnelling wat omhoog om de juiste papieren, handtekeningen en stempels te krijgen. De militair zette ons zelfs voor de haven af, dat was erg aardig van hem. En dan moet je weten dat je in Brazilie bij elke stad moet inklaren en vervolgens ook weer uitklaren. Dat is altijd weer een avontuur. O ja, als je in een marina ligt, begint het avontuur daar al; want daar moet je je als eerste inschrijven.
De volgende stap is dan geld halen. In Natal hadden we daar geen enkel probleem mee. We konden bij veel pinautomaten van Banco de Brasil terecht om geld te pinnen. Hier in Fortaleza (grotere en modernere stad) verwachtten we dus geen problemen. Nou, dat liep toch even anders... 5 bankgebouwen en een heleboel automaten verder hebben we eindelijk geld. In een bankgebouw heb je hier een afdeling met een heleboel automaten, sommige om geld te storten, andere om rekeningen te betalen en weer ander om te pinnen; en soms zijn deze functies verenigd in 1 automaat. Daarnaast is de eigenlijke bank, met kortere openingstijden dan de automatenafdeling en altijd met een hele lange rij wachtende mensen. Maar ook bij de afdeling met automaten is het druk. Je kiest op goed geluk een automaat uit, wacht in de rij, probeert te pinnen en sluit weer in een andere rij aan als het niet gelukt is. Soms is er ook een bankmedewerker die mensen op weg helpt met pinnen; dat was nu ook het geval. Wij vroegen hem waar je met Cirrus kon pinnen en lieten hem ons pasje zien. Dat kon alleen bij automaat nr. 11 (van de ca. 20 die er stonden) en wij sloten in die rij aan. Daar stond een stel hun rekeningen (van ik denk wel een half jaar opgespaard) te betalen. Dat is een erg tijdrovend proces. Bij elke rekening moesten ze eerst het pasje in de automaat stoppen, vervolgens allerlei codes intoetsen, daarna de rekening laten scannen en tenslotte het betalingsbewijs aan de rekening nieten voor hun eigen administratie. We hebben goed de tijd gehad om het te bestuderen... Toen die eindelijk klaar waren, konden wij pinnen. Mooi niet dus! Bleek die automaat ook niet voor Cirrus geschikt te zijn. Wij weer naar die medewerker van de bank toe en die vertelt ons doodleuk dat we alleen maar terecht kunnen bij de bank op de Placa de Carmen; maar waar dat wisten wij natuurlijk niet. Gelukkig was er nog een Braziliaans stel dat om de een of andere reden ook een buitenlandse pas had en die wilden ons wel in hun 4x4 naar dat andere plein rijden; zij moesten er toch heen. Na een gevaarlijke rit (van anticiperen op andere weggebruikers heeft een Braziliaan nog niet gehoord of dat is beneden hun waardigheid) kwamen we bij de goede bank en daar vroegen we gelijk naar de juiste automaat. En jawel hoor: geld! We hebben gelijk maar de dubbele hoeveelheid van normaal gepind zodat we even voorruit kunnen; maar nu voelden we ons net een wandelend doelwit, met R$ 800,- (ca. EUR 300,-) op zak. Nog in Nederland hadden we gelukkig een contract met de Postbank afgesloten waar we een vast bedrag per jaar betalen ongeacht hoeveel transacties we in het buitenland ook doen. Nou, dat hebben we er al wel 10 keer uit gehaald. Over de afgelopen 4 maanden heen is het ons trouwens nog steeds gelukt om gemiddeld met EUR 30,- per dag rond te komen. En hier in Brazilie kunnen we dan zelfs elke dag uit lunchen.
Stap 3 is het aanvullen van de voorraden. Dus dan gaan we op zoek naar de markt, een bakker en een supermarkt. Dat gaat soms heel makkelijk, maar vaak kost dat ook veel tijd en moeite. Weer op zoek naar de juiste bus. Eenmaal in de winkel proberen om je bestelling duidelijk te maken. Soms snappen ze dat we broodjes per stuk bestellen en soms denken ze dat we per kilo bestellen; de ene verkoopster snapt ons gelijk en haar collega snapt er helemaal niets van. Wij ook niet dan! Welke groente en fruit zijn hier weer te krijgen en hoe kun je die bereiden? Hebben ze hier kattenbakkorrels? Is het water hier te drinken? Kunnen we diesel tanken met een slang of moeten we met jerrycans gaan sjouwen? Ook een heel belangrijke: verkopen ze wijn die een beetje smaakt en wordt die dan ook nog in een pak i.p.v. fles verkocht? Wanneer is de volgende mogelijkheid om boodschappen te doen; morgen al of over een paar weken pas? Zo hebben we al heel wat keren met rugzakken met kilo's voorraad op onze rug onder de gloeiend hete zon lopen sjokken. Nu hebben we bv. al 8 zakken kattenbakkorrels aan boord en zeker 12 kilo droog kattenvoer. Hier in Fortaleza gaan we zorgen dat we voldoende voorraad hebben van al het houdbaar en droog spul om ons de hele Carieb door te brengen. Het schijnt daar nl. of niet te krijgen te zijn of schreeuwend duur. In veel winkels wordt hier met een apart kassa-systeem gewerkt. Je bestelt eerst of laat je door een verkoper adviseren. De verkoper schrijft dan een bonnetje uit, daarmee ga je naar de kassa en vervolgens met een betalingsbewijs weer terug naar de verkoper om je gekochte spullen mee te krijgen. Dat werkt zo bij sommige eettentjes, de bakker, electriciteitswinkels, schoenenwinkels en zelfs de dierenwinkel. Aparte manier van werkverschaffing of controle en erg tijdrovend. Zelfs met boodschappen doen bij de supermarkt zijn we minstens een halve dag zoet, van vertrek vanaf de boot, met de bijboot naar de kant, lopen naar de bus, met de bus naar de supermarkt, artikelen zoeken en kopen en weer terug naar huis.
Stap 4 is waar het eigenlijk allemaal om draait: dingen gaan bekijken en in contact komen met de mensen en cultuur van een streek/land. Dat is natuurlijk al aardig gelukt als je stap 1 t/m 3 hebt doorlopen; maar nu gaan we dingen bekijken die we echt willen zien. Hiervoor bestuderen we Internet (als we daar de beschikking over hebben), lezen de pilot (soort vaargids) en een reisgids. Voor Brazilie hebben we de Footprint; dat is toch even wennen als je eigenlijk altijd de Lonely Planet gewend bent. In Fortaleza hebben we tot nu toe al gezien: het fort dat in 1649 door Nederlanders is gebouwd, de cathedraal (pas in 1978 gereedgekomen, maar met heel erg mooi glas-in-lood), het museum met locale mineralen (wat hebben ze hier een rijke grond!), museum voor volkenkunde, de handicraftmarkt met vooral veel kleding, tassen, hangmatten en schoeisel, de voormalige (uit de 19e eeuw) gevangenis en een paar parkjes. Ook gaan we regelmatig -zeg maar bijna elke dag- uit lunchen. Ons budget laat dat toe; want als je goedkoop eet heb je voor R$ 12,- (ca. EUR 5,-) gegeten en gedronken. Je eet dan bij een lanchonette (lunchtent) waar er zo'n 4 schotels op het menu staan of waar je zelf kunt opscheppen en een vast bedrag of per kilo betaalt. Je krijg altijd rijst en bonen, meestal wat warme groente erbij en salade, en verder kun je kiezen uit een varkensvlees- of rundvleesgerecht en een kipgerecht. Soms is er een visgerecht, of iets met lever en andere ingewanden. Dat laatste had ik een keer per abuis gekozen; gelukkig mocht ik het gewoon ruilen. Het vlees is of gebarbecued, gebraden of een stoofschotel. Vooral dat laatste vind ik erg lekker met rundvlees. Doet me denken aan draadjesvlees of hachee van thuis. Er wordt hier trouwens geen brood bij de hoofdmaaltijd geserveerd. Dat was wel even wennen na al dat heerlijke brood in Portugal, Madeira en de Canarische Eilanden. Voor de Brazilianen is de lunch ook de hoofdmaaltijd. Wij eten meestal 's middags warm/uit omdat het 's avonds vroeg donker wordt en je anders met licht aan moet koken (muggen!) of je in het donker door de mindere buurten moet lopen. Dat laatste wordt erg afgeraden. Onder zeilers doen allerlei geruchten de ronde over overvallen en andere onveilgheden in Fortaleza; maar tot nu toe hebben we daar gelukkig niets van gemerkt. Met een beetje gezond verstand, een vriendelijke blik en een paar woordjes Portugees kom je heel eind. Wat niet wil zeggen dat je alles kan voorkomen; maar thuis hebben ze bij ons ook al 2x ingebroken; dus echt veilig ben je nergens. Het is zelfs zo dat de mensen je proberen te helpen als ze je zien aarzelen of zoeken, alleen komen we er vaak niet veel verder mee omdat hun bedoelingen echt goed zijn, maar we elkaar niet goed begrijpen. Zo waren we gisteren op zoek naar een kaart van de omgeving van Fortaleza omdat we een auto gaan huren. We hadden zelfs de naam van de plaats (Maranguape) die ook op de kaart moest staan. Helaas konden we zelf geen goede kaart vinden; alleen van heel Brazilie of van de hele provincie Ceara, waar Fortaleza in ligt. Daar heb je niets aan omdat de schaal 1: 1.500.000 of zo is. Daar kun je de weg niet op vinden. Dus wij vragen in een boekenstalletje of zij weten waar de juiste kaarten verkocht worden. De eigenaar van het winkeltje, een klant en een toevallige voorbijganger hebben ons samen geholpen. We moesten de weg uitlopen, 5 blokken verder en dan naar links. Dat deden we dus, maar we vonden geen enkele winkel met kaarten. Bleek dat ze ons de juiste afslag hadden gewezen om met de auto naar Maranguape te rijden. Goed bedoeld, maar daar hadden we niks aan, want het was zeker 30 km. verderop. Dat is een beetje ver lopen... Ach, op de weg waarop we liepen vonden we een winkel die verf verkocht die we nog nodig hadden; zo was het toch niet voor niks geweest.
En dan heb je nog stap 5: relaxen. Dat komt echter maar zelden voor. Eerst vraagt de boot nl. nog onderhoud (altijd weer roestplekken wegwerken of wier of pokken verwijderen van de romp), moet de was (met de hand) nog worden gedaan, gerepareerd worden wat onderweg kapot gaat of slijt, het huis/schip aan kant, de route voor de volgende reis uitgezocht, post en mail afgewerkt enz. enz. Dan willen de poezen nog graag aandacht, en die geven we ze graag. Jawel; dan blijft er nog een klein beetje tijd voor ons om niets te doen of een boek te lezen. We hebben aan boord een boekenplank van ca. 1 meter lang en een opbergplek onder ons bed met nog veel meer ongelezen boeken. Tot nu toe hebben we de rij boeken op de plank nog niet 1x hoeven om te wisselen met ongelezen boeken; zo weinig boeken hebben we gelezen. Hier in Fortaleza hopen we wat meer aan het relaxen toe te komen. Voor een deel lukt dat omdat de marina hier op het terrein van een (volgens mij voormalig) 5-sterrenhotel ligt en wij gebruik mogen maken van een aantal van hun faciliteiten. Dus nu hebben we al een aantal keren op de zitjes bij het zwembad gezeten met een koele agua de coco, Caipirinha of batida de aguardente. Ook hebben we een paar keer gezwommen en heerlijk gedouched onder een echte douche! En het toppunt van luxe: in de enorme fauteuils en banken in de gekoelde lobby zitten. Dit alles voor de prijs van R$ 25 (EUR 9,50) per dag, inclusief ligplaats en electriciteit en (drink?)water. Dat bedrag heb ik weten uit te onderhandelen vanuit de standaardprijs van $ 20,- US dollars, wat belachelijk veel is voor hier! Maar dat mag ik van de havenmeester tegen niemand zeggen, omdat het nu zo'n laag bedrag is. Volgens mij is de havenmeester gewoon een hele slimme vent (trouwens een van de weinigen die een beetje Engels spreekt) die iedereen het gevoel geeft het maximale uit de onderhandelingen te hebben gehaald om zodoende niet over de prijs bij z'n buurman te gaan klagen, om dan tot de ontdekking te komen dat die misschien nog minder betaalt.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley